Legioen

 

Ik.Ben.Legioen

Tekenaar: Cassaday John
Scenarist: Nury Fabien
Uitgever : Daedalus

Ze worden zenuwachtig. Stalingrad was een ramp. En op de andere slagvelden stokt het ook. Als de nazi’s de oorlog echt willen winnen, moeten ze het nu doen. De Duitsers hebben nochtans een krachtig, totalitair wapen in hun rangen, namelijk een klein Roemeens meisje. Naar verluidt zou de lieflijke Ana beschikken over fenomenale, paranormale krachten. Maar haar mentor, de staalharde SS’er Heyzig, vindt het te vroeg om haar in de strijd te gooien. Hij wel. Hij wel. Aan de overkant bij de Engelsen, heeft Winston Churchill andere zorgen. Een van zijn vertrouwelingen wordt dood teruggevonden. Helemaal leeggezogen. Er is zelfs geen bloeddruppel te bespeuren in zijn lichaam. Het spoor van inspecteur Pilgrim leidt al snel naar Roemenië.

Heiligdom, De Bewaker van de Lans, De Drakenorde, Wayne Shelton, Hertz, Hellboy,… Het thema van de nazi-jager op zoek naar een Heilige Graal in de strijd voor de wereldheerschappij, is allerminst nieuw te noemen. Verfrissend is het hier wel. Fabien Nury, die met W.E.S.T. ook al het westerngenre een occult tintje gaf, gaat nu helemaal loos en kiest volop voor de dark side. Hoe onwaarschijnlijk zijn plot van wandelende bloedzuigers en hellemeisjes ook mag klinken, het verhaal staat als een huis. De karakters zijn minutieus uitgewerkt en grijpen je bij je nekvel vast. Je rilt bij de uiterlijke suprematie en de innerlijke angst van Obergruppenführer Heyzig. Je smaakt de spanningen binnen het heterogene Britse spionageteam.

Toegegeven, de weg naar dit hoogtepunt gaat niet over rozen. De eerste pagina’s vragen een geconcentreerde lezing. De tekeningen van Texaan John Cassaday, die voor dit deel in 2005 nochtans een Eisner Award voor beste tekenaar heeft mogen ontvangen, helpen ons hierbij ook niet echt. De statische figuren die elkaar toespreken met gesloten mond en wegdraaiende ogen lijken eerder weggelopen uit een antiek fototoestel. Volstrekt lege achtergronden worden afgewisseld met overdadig bewerkte fotocollages. Eerlijk gezegd, het is niet ons ding. Maar na een twintigtal pagina’s vol twijfel waarom net die strip verfilmd wordt, kantelt ons gevoel. De bangelijke introductie van het genootschap rond het beeldje van de dansende faun is het sein om een duivels vuurwerk af te steken. En al snel wordt het meer, wordt het beter, wordt het spannend. Retespannend! En willen wij meer. Veel meer. En als het even kan, graag snel.

___________________________

___________________________

___________________________